Projectbeschrijving (project is afgerond)
Probleem
De melkveehouderij is, met ruim 0,9 miljoen hectaren de grootste grondgebruiker in Nederland. De afgelopen decennia zijn de melkveehouderijen explosief gegroeid, waarbij de verhouding in vee en areaal scheef is gegroeid. Om kostendekkend te kunnen opereren worden er strategieën toegepast die er toe leiden dat de hoeveelheid product per oppervlak toeneemt, maar waarbij de product- en bodemkwaliteit afneemt. Ook de actuele situatie rond het mestoverschot en de toenemende zorg omtrent antibiotica en overig medicijngebruik in de rundveehouderij zijn het gevolg van deze focus op kwaliteit. Eenzijdige bemesting heeft er voor gezorgd dat de mineralen in de bodem in onbalans zijn en dat er essentiële sporenelementen zijn verdwenen. Door intensieve bewerking en landbouwmechanisatie met gebruik van steeds zwaardere machines treedt er verdichting van de bodem op en neemt bodemkwaliteit af op wat leidt tot minder water bufferend vermogen met als gevolg problemen met wateroverlast, verdroging, afspoeling en emissies. Gelijktijdig loopt hierdoor de diversiteit van het bodemleven terug wat weer als gevolg geeft dat de bodemkringloop ontwricht wordt en insectenplagen en gebrekziekten in de hand worden gewerkt.
Aanpak
- Het verbeteren van de bodem door: 1. Het verbeteren van de chemische samenstelling van de bodem, door het herstellen van de balans tussen benodigde mineralen en sporenelementen; 2. Het verbeteren van de bodembiologie, door het herstellen en verbeteren van het bodemvoedselweb; 3. Het verbeteren van fysische bodemeigenschappen, door het opheffen van verdichtingen en het verbeteren van de structuur.
- Het verbeteren van de kwaliteit ruwvoer door het ontwikkelen van een precisielandbouw systeem. 1. In kaart brengen bodemkarakteristieken; 2. Uitvoeren specifieke grondbewerking. 3. Watergift op basis van specifieke behoefte per gewas per perceel per groeistadium; 4. Uitvoeren specifieke bemestingsbehoefte per gewas, per perceel per groeistadium; 5. Uitvoeren specifieke bestrijding ziekten & plagen; 6. Uitvoeren specifieke werkzaamheden oogsten.
- Het verbeteren van de mineralen kringloop door gecoördineerde samenwerking tussen veehouders, akkerbouwers en loonwerkers.
- Opzetten van een pool voor cultuurgrond
- Het uitvoeren van analyses van de vele onderzoeks- en meetgegevens, en vertalen naar een business model voor melkveehouders, akkerbouwers en loonwerkers.
- Doorontwikkeling van een kennisoverdrachtsysteem voor verdere introductie en verfijning van de projectresultaten en werkmethoden in de melkveehouderij, door 1. Ontwikkeling van een cursusopzet voor melkveehouders 2. Inrichten van studieclubs voor melkveehouders 3. Organiseren van demonstratiedagen, open dagen en workshops voor belangstellenden in de keten. Met de deelnemers in de projectgroep is een studieclub opgezet waarin alle activiteiten die in het project worden onderzocht en ontwikkeld met elkaar worden besproken en geëvalueerd. Hiervoor komt de projectstudieclub minimaal 5 keer per jaar bijeen. Daarnaast zetten de kennispartners binnen dit project meerdere studieclubs op waarin 10 tot 20 deelnemers participeren in een mix van melkveehouders, akkerbouwers en loonwerkers. Daarnaast organisatie van demonstratiedagen, open dagen en workshops voor alle belangstellende in de keten. Van producenten tot consumenten, specifiek ook voor belangrijke stakeholders in de keten
Eindresultaat
Aan het eind van het project hebben de activiteiten geresulteerd in een efficiëntere bedrijfsvoering van de betrokken loonwerker/akkerbouwer en de melkveehouders. Verbeterde structuur van de grond zorgt voor verbeterde opbrengst, verbeterde voedingswaarden en betere weerbaarheid gewassen. Verbeterde voedingswaarden zorgen voor een betere gezondheid van de koeien, betere melk en betere mest.
Concreet in vergelijking met start project:
- Gewassen minder droogte gevoelig door betere beworteling.
- Minder water op de percelen na een regenbui, minder afspoeling.
- Grasklaver percelen geven een aanzienlijke meeropbrengst, zeker in droge jaren.
- Daling krachtvoergift met 90% door de betere rantsoen samenstelling op basis van kwaliteit ruwvoer.
- Verminderde stikstof uitstoot en methaanvorming door beter opname aanwezige voedingstoffen en betere vertering door gebruik diverse natuurlijke supplementen.
- Daling kunstmestverbruik met meer dan 80% door de goede kwaliteit mest.
- Enorme reductie antibiotica tot bijna nihil door verbeterde algehele conditie van de koeien.
- Verbeterd vruchtbaarheidspercentage.
- Verbeterde kwaliteit van de melk, m.n. smaak, houdbaarheid en verhouding tussen verschillende inhoudsstoffen.
- Daling kostprijzen ruwvoer met ruim 10%.
Het opzetten van een grondpool is uiteindelijk praktisch niet haalbaar gebleken vanwege de (wisselende) regelgeving (Fosfaat-, Stikstof-, PFAS, verhoudingen dier/grond). Het is onduidelijk welke regelgeving nu wel of niet meer geldt en het is hierdoor administratief te complex.
Ook zijn door de Covid-19 maatregelen minder fysieke bijeenkomsten om kennis over te dragen geweest. Wel hebben de projectpartners op diverse wijze deelgenomen aan bijeenkomsten met belangstellenden vanuit de Overheid, Onderwijs en de agrarische sector.
Website: Wat Doet C-Cycle? - C-Cycle