GLB-pilot Vergroening van waterrijke veenweidegebieden

Uitvoeringsperiode: 01-03-2019 t/m 31-03-2021
Regio: NL-322 Alkmaar en omgeving
Status: Afgerond

Projectbeschrijving (project is afgerond)

Probleem

Deze pilot is een van zeven landelijke pilots waarmee BoerenNatuur en LTO input verzamelen voor de Nederlandse invulling van de vergroening van het GLB na 2021.

Aanpak

De pilot heeft drie speerpunten:

  1. Ontwikkelen van een doelmatig maatregelenmenu voor bodem, water en klimaat. Er is een keuzemenu ontwikkeld met ruim 20 maatregelen verdeeld over drie ‘modules’: water, bodem en klimaat. Elke module kent een setje verplichte en een set keuzemaatregelen. Met elke maatregel scoort de veehouder punten, waarbij de score mede afhankelijk is van de geleverde prestatie. Op basis van het totale aantal punten kan de veehouder brons, zilver of goud scoren, met bij elk niveau een passende vergoeding. Om het de veehouder makkelijk te maken is een app ontwikkeld waarin hij de maatregelen van zijn keuze kan aanklikken en de puntenscore in beeld krijgt. In 2019 doen aan dit onderdeel zo’n 30 veehouders mee, in 2020 50 veehouders.
  2. Ontwikkelen van een effectieve ‘groenblauwe dooradering’. Hier staan biodiversiteit en landschap centraal. Er zijn vier relatief kleine (max. 500 ha) gebieden geselec teerd waar in samenspraak met de veehouders een doordacht ‘ontwerp’ wordt gemaakt van een netwerk van ecologische verbindingen op polderniveau. Dat gebeurt najaar 2019; de praktijkmaatregelen die bij dit onderdeel aan de orde zijn, worden in 2020 uitgevoerd.
  3. Versterken van de relatie tussen GLB en keteninitiatieven.  De duurzaamheidsinitiatieven in de zuivelketen nemen de laatste jaren sterk toe. Het is van belang om tot een goede balans te komen tussen zaken die de keten stimuleert en prestaties die de overheid stimuleert. Daar mag best overlap in zitten, als alle pijlen voor de veehouder maar dezelfde kant op wijzen. Dit onderdeel kent geen praktijkmaatregelen, maar bestaat vooral uit overleg met ketenpartijen.

Eindresultaat

Puntensysteem voor bodem, water en klimaat

We hebben een keuzemenu ontwikkeld van 24 maatregelen verdeeld over drie modules: bodem, water en klimaat. De veehouder kon zelf de module kiezen. Elke module heeft enkele verplichte maatregelen en een aantal vrije-keuzemaatregelen. Bij elke maatregel kon de veehouder bovendien kiezen uit verschillende prestatieniveaus met een oplopende puntenscore. Elk bedrijf moest in een minimumaantal punten halen (niveau ‘brons’) om voor vergoeding in aanmerking te komen. Bij hogere bedrijfsscores (zilver, goud) nam de beloning toe. Om het voor de deelnemer simpel te houden, hebben we een speciale inteken-app ontwikkeld. De veehouder kon hierin eenvoudig aanklikken voor welke module en maatregelen hij kiest, de app berekent vervolgens zelf de puntenscore en de beloning. Ook ontwikkelden we een digitale graslandkalender waarin de gekozen maatregelen door het seizoen heen konden worden geregistreerd.   

Het was goed dat we twee jaar hebben kunnen oefenen met het systeem. Daardoor hebben we de kinderziekten eruit kunnen halen en het in 2020 met een grotere groep deelnemers kunnen testen. En met succes: het puntensysteem is door de deelnemers als stimulerend en simpel ervaren en het heeft een meerderheid van de deelnemers in beweging gezet naar een duurzamer bedrijfsvoering. Een grote meerderheid van de deelnemers vindt het in beginsel geschikt voor een brede uitrol in veenweidegebieden. Daarmee is het een kansrijke aanzet voor de invulling van de ecoregeling voor de veenweiden. Tegelijk zijn we een aantal aandachts- en verbeterpunten op het spoor gekomen die we meegeven aan een nieuwe pilot over een puntensysteem voor de ecoregeling die hopelijk binnenkort van start gaat.

Er zijn nog twee andere GLB-pilots die een puntensysteem voor de ecoregeling hebben ontwikkeld en getest. Mede op basis van de pilotervaringen lijkt het er inmiddels op dat zo’n puntensysteem er in het nieuwe GLB ook echt gaat komen.   

Aansluiting van het puntensysteem op ketenprotocollen

Ook de zuivelketen ontwikkelt steeds meer protocollen voor duurzame productie. Omdat het belangrijk is dat op het erf alle pijlen dezelfde kant op wijzen, hebben we acht protocollen geanalyseerd en vergeleken met de maatregelen in het puntensysteem. Het puntensysteem blijkt wat meer maatregelgericht te zijn en de protocollen wat meer prestatiegericht, maar ze sturen beide dezelfde richting op. Dat bevestigen de deelnemers die ook aan keteninitiatieven deelnemen. Dat is gunstig en biedt bovendien kansen voor een verdienmodel door stapeling van publieke (GLB) en private (keten) beloningen. Of dat op langere termijn standhoudt, is onzeker. De kans bestaat dat keten zich dan sterker gaat richten op regionale specialiteiten en/of goed vermarktbare zaken zoals weidevogels, en minder op ‘onzichtbare’ zaken als bodem, water en klimaat.

Groenblauwe dooradering

Bij het onderdeel groenblauwe dooradering hebben we in vier polders van elk enkele honderden hectares ecologische verbindingen gecreëerd voor specifiek doelsoorten. In de Waterlandse polders Katwoude en Starnmeer is die gericht op insecten zoals vlinders en libellen, in de Noordpolder beoosten Muiden op de ringslang en in de polder Teijlingen bij Kamerik op libellen en de zwarte stern. In ‘poldergesprekken’ zijn hierbij maatregelen bedacht en deelnemers gezocht. De pilotmaatregelen vormden hierbij een aanvulling op bestaand ANLb, zoals randenbeheer en ecologisch slootbeheer. Het aandeel dooradering steeg daarmee gemiddeld van 4,5 naar 6,1%, maar met behoorlijke verschillen in het eindresultaat per polder: van 4 tot 8%.

Het in samenspraak ‘ontwerpen’ van een groenblauwe dooradering bleek lastiger dan gedacht. Er was vooral vaak weinig houvast voor de keuze van doelsoorten en de vertaling van doelsoorten naar maatregelen in een gerichte ruimtelijke samenhang. En in polders waar al veel ANLb lag, bleken extra maatregelen niet altijd makkelijk inpasbaar. Toch is de aanpak op zich succesvol gebleken om samen met grondgebruikers ideeën te genereren en daarvoor draagvlak te krijgen. Bovendien kunnen maatregelen die ook in de ecoregeling passen (zoals randenbeheer en slootbeheer) het ANLb versterken en verbindingen creëren tussen ANLb-clusters. 

Toekomstige rol van het collectief

In de pilot hebben de drie collectieven alle rollen vervuld die ze ook in het ANLb vervullen: van werving tot uitbetaling. In de ecoregeling zal een aantal daarvan (contractering, controle, uitbetaling en monitoring) bij de overheid berusten. Maar de collectieven zouden ook graag in de ecoregeling een rol spelen: als onafhankelijke kennispartner voor de grondgebruikers, bij het samenstellen van regionale menu’s en – waar nodig – als gebiedsregisseur bij de situering van maatregelen. Op die manier kan de ecologische effectiviteit van de ecoregeling substantieel worden verhoogd.

Website: GLB-Pilot-Eindrapportage_maart-2021.pdf (waterlandendijken.nl)

Projectleider

Projectleider
Walter Menkveld
Collectief Water, Land en Dijken
0299–437 463

Partner(s)

Partner(s)
Collectief Noord-Holland Zuid
Collectief Rijn Vecht & Venen