Uitvoeringsperiode: 01-04-2019 t/m 31-12-2021
Regio: NL-226 Arnhem/Nijmegen
Status: Afgerond
Projectbeschrijving (project is afgerond)
Probleem
Door de stijgende consumptie van plantaardige producten is de marktpotentie van quinoa proteïne en andere quinoa fracties groot. Beperkende factoren bij de marktontwikkeling zijn echter de kostprijs en fluctuaties in de kwaliteit van de quinoa zaden. In de keten zijn de volgende knelpunten geïdentificeerd:
- Het proteïnegehalte van de zaden fluctueert nog teveel;
- De opbrengst van quinoa in ton per hectare is nog laag ten opzichte van andere gewassen;
- Er zijn nog grote fluctuaties in korrelgrootte en -vorm van de quinoa zaden;
- Het verwerkingsproces is nog niet geoptimaliseerd.
Aanpak
De volgende onderwerpen worden onderzocht:
- Verhoging van het proteïnegehalte en verbetering van de stabiliteit van het proteïnegehalte van de quinoa zaden door optimalisatie van de teeltomstandigheden en onderzoek naar mogelijkheden tijdens het primaire verwerkingsproces;
- De kenmerken van de quinoa zaden die van invloed zijn op het rendement van het fractioneringsproces. Dit wordt op pilotschaal getest met zaden met verschillend proteïnegehalte, korrelgrootte en vorm;
- De invloed van quinoa ras en teeltmanagement op deze kenmerken in samenhang met de opbrengst per hectare.
Eindresultaat
Het project had als doelstelling om de haalbaarheid te onderzoeken van:
- Het behalen van een stabiel hoog eiwitgehalte van de quinoa zaden: Uit de teeltproeven uit 2019 bleek dat vooral de keuze van het quinoa ras effect heeft op de behalen van een hoog eiwitgehalte in de quinoa zaden. Het gebruik van extra stikstof in de bemestingsstrategie had hier minimaal effect op. Bij de ontwikkeling van nieuwe quinoa rassen moet dus meer worden gefocust op het eiwitgehalte. Deze conclusie is gedeeld met Wageningen University & Research die het mee gaan nemen in het veredelingsprogramma van nieuwe quinoa rassen.
- De verbetering van de opbrengst van quinoa zaden per hectare: Uit de teeltproeven bleek dat het gebruik van extra stikstof in quinoa[1]bemestingsprogramma's zou kunnen worden gebruikt als een strategie om de totale (eiwit)productiviteit per hectare te verhogen. Verder is raskeuze en de teeltmanagement passend bij het ras belangrijk. Verder zijn parallelle verbeteringen nodig in zowel de productiviteit en stabiliteit van quinoa (door middel van veredeling), als door de ontwikkeling van beheerstrategieën en landbouwtechnologieën die het potentieel van deze rassen maximaliseren. Dit onderzoek heeft een deel van deze teeltmanagement praktijken weten te achterhalen, maar meer ras-specifiek onderzoek is nodig om de optimale omstandigheden per ras vast te stellen.
- Het optimaliseren van de zaadkorrelgrootte en vorm van de quinoa zaden voor fractionering De meest relevante kenmerken van quinoa zaden voor fractionering zijn opgesteld. Hierdoor is een betere voorselectie van de quinoa zaden mogelijk geworden, waardoor zowel het rendement van het fractioneringsproces als de kwaliteit en toepasbaarheid van het eiwitrijke meel verhoogt kan worden.
- Het reduceren van zijstromen Uit de fractioneringstesten is gebleken dat ook een reststroom, namelijk kleine quinoa zaden waarvoor nu nog beperkte toepassingen zijn, kan worden gebruikt als grondstof voor fractionering, waardoor er nu extra afzetmogelijkheden hiervoor zijn.
Website: Nederlandse Quinoa – Quinoa
Bij de foto: Joris Giesen uit Angeren inspecteert zijn quinoa veld.
Projectleider
Projectleider
Marc Arts
GreenFood50 B.V.
06-5137 8363
Partner(s)
Partner(s)
Dutch Quinoa Group B.V.
Maatschap Giesen in Angeren