Samen werken aan de nutriëntenkringloop Kromme Rijnstreek

Uitvoeringsperiode: 02-05-2017 t/m 31-01-2020
Regio: NL-310 Utrecht
Status: Afgerond

Beschrijving project (project is afgerond)

Probleem

Het gebruik van organisch materiaal (bijv. champost, compost, dierlijke mest) in de fruitteelt is de afgelopen decennia te veel verwaarloosd. De gemakken en precisie van kunstmeststoffen (incl. bladbemesting) hebben er onbedoeld toe geleid dat het organische stofgehalte (OS-gehalte) in de bodem ernstig is teruggelopen met als gevolg een laag waterbergend vermogen en een teruglopende weerbaarheid bij fruitbomen. Daarnaast zijn door een aangescherpt milieubeleid veel melkveehouders verplicht mest af te voeren die niet op eigen grond aangewend mag worden.
De praktijk van het mest scheiden in dikke en dunne fractie levert twee meststoffen op die voor fruittelers interessant kunnen zijn. Waar intussen wel dierlijke mest wordt ingezet in de fruitteelt, gaat het vaak om mest van onduidelijke oorsprong en samenstelling.

Aanpak

  • Het regionaal voorkomend nutriëntenoverschot ook binnen de regio gebruikt om kunstmest te vervangen en de bodem te verbeteren. In eerste instantie wordt in de nutriëntenbehoefte van fruittelers voorzien door gebruik te maken van die overschotten bij (melk)veehouders.
  • Later wordt dit uitgebreid naar een regionale, digitale en besloten nutriëntenmarktplaats die de behoefte van telers en veehouders in het gebied met elkaar koppelt. Andere nutriëntenleveranciers kunnen zich daarbij aansluiten, zoals drinkwaterbedrijven, waterschappen en gemeenten (bv. restmateriaal RWZI, compost, bermmaaisel).

Eindresultaat

Al vrij snel bleek dat een digitale marktplaats niet aansloot op de gangbare praktijk; het was een te abstracte invulling van het begrip 'marktplaats'. De voorkeur ging uit naar een sneller en socialer werkend mechanisme en dat mondde uit in een jaarlijkse fysiek georganiseerde marktplaats met vraag- en aanbodformulieren en een gezamenlijke app-groep van alle deelnemers. Bovendien was er een sterke voorkeur om vanuit het project geen bemoeienis te hebben met de financiële kant van de transacties. De regionale nutriëntensamenwerking tussen fruitteelt en veehouderij is versterkt, deels door bestendiging van bestaande relaties, deels door het aangaan van nieuwe relaties. In de loop van het project deden 21 ondernemers mee waarbij dient opgemerkt dat een aantal veehouders niet heeft kunnen leveren omdat soms meerdere fruittelers met dezelfde veehouder samenwerkten. Bij het aangaan van samenwerking hebben de argumenten vóór organische mest én vaste relaties in de regio (zie boven) een grote rol gespeeld. Toch ging het zeker niet vanzelf, bestaande praktijken zijn hardnekkig (bv. het aanvoeren van kalverdrijfmest en champost van buiten het gebied, vertrouwend op de intermediairs; maar ook de gewoonte om geld toe te ontvangen). In het laatste jaar begon het principe dat de kwaliteit van de nutriënten belangrijker is dan de geldstroom aan kracht te winnen.

Samenwerking is in de eerste plaats mensenwerk. Agrarische ondernemers hebben eigen bedrijfsstijlen, eigen ambities, eigen moraliteiten. In een succesvolle samenwerking sluiten die op elkaar aan, dan wel respecteren zij elkaar en staan elkaar in ieder geval niet in de weg. We begonnen met 2 fruittelers en 2 veehouders, na 2 jaar sloten - daartoe uitgenodigd – zo’n 15 ondernemers aan. Opvallend was dat vrijwel niemand de uitnodiging afsloeg. Men (b)leek gemotiveerd te worden door de argumenten van regionale kringloop en directe relaties tussen mestproducent en -aanwender. Daarbij speelde praktisch nooit de behoefte aan kostenbesparing, veeleer ging het om vertrouwen en bekendheid met het mestproduct. Een belangrijke rol speelt de hiervoor genoemde jaarlijkse ‘marktplaats’ waar fruittelers en veehouders hun vraag resp. aanbod bekend maken, op basis waarvan het leveringsschema voor dat jaar wordt gemaakt. Die marktplaats, elke winter bij één van de deelnemers in de kantine, is ook belangrijk als sociaal evenement waar van alles en nog wat wordt gewisseld. Samenwerkende fruittelers en melkveehouders moeten zich soms in allerlei bochten wringen om aan de vereisten van wet- en regelgeving te blijven voldoen (Meststoffenwet, Bgdm, Nitraatrichtlijn, derogatie, GLB, AmvB, grondgebondenheid e.d.). Vanuit het project hebben we bij het Agroloket Knellende Regelgeving van het Ministerie van LNV deze problematiek aangekaart

Juli 2021 liep het POP3-project af. Maar het proces is nog in volle gang en vraagt om doorgezet te worden. Richting 2023 willen we doorgroeien, in breedte en diepte, en komen tot een op zichzelf staande marktplaats:

  • Van een deelname van 19 bedrijven (8%) naar 40 bedrijven (30 fruittelers en 10 veehouders) eind 2023; daarmee verlaten we de groep koplopers en komen we in het zogenoemde peloton van fruittelers en veehouders terecht.
  • Verkennen mogelijkheden voor opslag van meststoffen.
  • Betrekken van andere nutriëntenstromen, zoals restproducten van waterschap en gemeenten.
  • Naar een waarderingssysteem voor mest en andere nutriënten uit de regio (drogestof, EOS, N- ,P- en K-gehaltes, bijdrage aan productie, emissierisico’s, bodemkwaliteit, etc.), waarmee fruittelers een onderbouwde keuze kunnen maken.
  • Verkennen van de haalbaarheid van een pilot vrijstelling hinderende mestregelgeving

Video eindresultaat https://www.youtube.com/watch?v=rfocT1-tPuc

Projectleider

Projectleider
Dirk Keuper
CLM Onderzoek & Advies B.V.
0345 - 470729

Partner(s)

Partner(s)
A. van Garderen - zachtfruitteler
C. Uyttelwaal - hardfruitteler
J.W. van Wijk - melkveehouder
P. van Rooijen - melkveehouder