Voorbij Natuurinclusieve landbouw, op weg naar landbouwinclusieve natuur

Uitvoeringsperiode: 01-10-2019 t/m 31-12-2020
Regio: NL-224 Zuidwest-Gelderland
Status: Afgerond

Projectbeschrijving (Projeect is afgerond)

Probleem

Tussen natuurinclusieve landbouw en pure natuur, d.w.z. gronden met uitsluitend een natuurbestemming, is een overgangsfase mogelijk. Namelijk gronden, waar het beheer gericht is op het ontwikkelen, bereiken en beheren van natuurdoelen, maar waar agrarische productie nodig en mogelijk is. Deze staat ten dienste van de natuurdoelen en/of is daar een afgeleide van. Het bedrijf VoF Lexkesveer Natuurbeheer wil zich hierheen ontwikkelen, maar er is nog veel onbekend over deze nieuwe vorm van natuurinclusieve landbouw.

Aanpak

  • Opstellen van een samenwerkingsverband tussen VOF Lexkesveer en Staatsbosbeheer; het verder uitbouwen van de bestaande samenwerking met twee agrariërs in de naaste omgeving
  • Praktijkkennis ontwikkelen over de juiste beheermaatregelen om de beoogde natuurwaarden te bereiken en duurzaam te beheren? Wat zijn goede indicatoren en benchmarks? Wat vergt dit aan inzet, investeringen, kennis en kunde van de ondernemer(s)? Welke afgeleide agrarische activiteiten zijn binnen dit kader mogelijk en welke opbrengsten zijn haalbaar? Hoe kan de kennis die wordt opgedaan, worden overgedragen en benut door de categorie agrarische ondernemers die zich in een vergelijkbare situatie bevinden
  • Ontwikkelen van nieuwe verdienmodellen op basis van de vele waarden die de locatie kent. Een belangrijke functie van de locatie, naast natuurbeheer, is waterberging (stroomdalgraslanden). Deze functie zal naar verwachting vanwege klimaatverandering de komende jaren alleen maar aan belang winnen, maar levert niet direct inkomsten op.
  • In stand houden en versterken van de biodiversiteit: de beoogde langdurige samenwerking tussen de VoF en SBB en de nieuwe, experimentele vorm van beheer moet leiden tot de realisatie van de gewenste natuurdoelen. De natuurdoelen richten zich op het realiseren van bloemrijke graslanden.

Eindresultaat

Het concept is door de projectleider ism Wageningen Environmental research verder als volgt uitgewerkt en afgebakend: voor het bereiken van de doelen van het betreffende natuurbeheertype zijn landbouwkundige maatregelen noodzakelijk. Aan de hand van de 17 Natuurdoeltypen en 49 Beheertypen is geïnventariseerd voor welke Beheertypen Landbouwinclusieve Natuur (LIN) ingezet kan of dient te worden. Ook is geïnventariseerd om welke maatregelen het gaat en wat de verdienmodellen zijn. Vervolgens is een vergelijking gemaakt met de beheerpakketten en -vergoedingen die gelden voor het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) en met de drie niveaus van natuurinclusieve landbouw (NIL). Tenslotte worden aanbevelingen gedaan om het concept LIN beleidsmatige te integreren in het natuurbeleid en in het GLB. 

De overdracht van deze inzichten is gebeurd via de verspreiding van de social media, de eigen nieuwsbrief en tijdens de slotbijeenkomst op 8 juni 2022. 

Er is invulling gegeven aan het nieuwe partnerschap met Staatsbosbeheer in het kader van hun pilot Natuurinclusieve landbouw; Wat betreft het SBB-project Natuurinclusieve Landbouw is gaandeweg gebleken dat Lexkesveer Natuurbeheer te weinig agrarische activiteiten van een omvang kan realiseren waarmee voldaan kan worden aan de voorwaarden die door het Ministerie van Landbouw aan deelname zijn gesteld. Er is wel sprake van een nieuw partnerschap met Staatsbosbeheer wat betreft de reguliere pacht, wat vastgelegd is in een nieuwe opzet van het pachtcontract. Hierbij wordt in onderlinge overleg en samenwerking meer aandacht geschonken aan met name het monitoren, vastleggen en rapporteren van het beheer en de resultaten er van. 

Komen tot de uitwerking van een of meerdere aanvullende verdienmodellen: Uit de berekeningen komt naar voren dat landbouwinclusief natuurbeheer, gegeven de actuele beheervergoedingen, geen op zichzelf staand verdienmodel is of kan worden. Het type landbouwinclusief beheer voor de Renkumse Benedewaard (verschraling door maaien en afvoeren en extensieve beweiding met minder dan 1,5 GVE/ha) betekent ook dat er beperkte mogelijkheden zijn voor verdienmogelijkheden uit agrarische activiteiten, zoals het houden van vleesvee of zoogkoeien. Er zal altijd sprake moeten zijn van een 3e (neven)tak om het financiële plaatsje rond te krijgen en daarmee een duurzaam beheer te verzekeren. Hiervoor is wel nodig dat provincie en gemeente hiervoor planologische speelruimte bieden.

Komen tot een duurzaam samenwerkingsverband van relevante partijen (naast Staatsbosbeheer ook kennis- en onderwijsinstellingen, overheden, agrarische bedrijven en agrarische en maatschappelijke organisaties) en tot een door deze partijen gedragen integraal projectplan/business case. Met verschillende partijen zijn gesprekken gevoerd. Dit biedt een basis voor verdere samenwerking in de toekomst, waarbij de locatie van Lexkesveer Natuurbeheer een decor en podium kan vormen om de relatie landschap, natuur en kunst op verschillende manieren te verbeelden.

De volgende video's zijn gemaakt:

 

Projectleider

Projectleider
Bart Soldaat
Soldaat Advies
06-2129 2979

Partner(s)

Partner(s)
Cees van Vlastuin en Arjan Brons (agrarisch ondernemers)
Natuurbeheer Lexkesveer VoF
Staatsbosbeheer